Samen begonnen we aan een reis vol ontdekking. Met onbevangen nieuwsgierigheid leerde hij me niet alleen praten met de bijen, maar – nog belangrijker – te luisteren naar hun stille verhalen. Het was in de zachte zoemende taal van de insecten dat ik leerde over doorzettingsvermogen, over het vertrouwen in een natuurkracht die wij mensen nauwelijks te bevatten vermoeden. Ik herinner me de keer dat ik, in de ergernis van de realiteit en het wonder van de natuur, de water halende bijen – de laatste dienaren, die in hun laatste dagen geen honing of stuifmeel verzamelden maar water – moest vangen en op zijn rug laten prikken. Soms waren het er meerdere tegelijk, en altijd met de wetenschap dat hij, ondanks de risico’s, niet allergisch was voor deze illustere remedie. Een chirurg, gewend aan operatieve ingrepen, had nog nooit gezien hoe een rug, waarvan men dacht dat deze operatief hersteld moest worden, plotseling verbeterde dankzij de subtiele aanraking van de natuur.